Maak je keuze

Belastingplan 2022: wijzigingen en gevolgen voor werkgevers

27 sep 2021 Prinsjesdag

Het demissionaire kabinet presenteerde op Prinsjesdag 2021 de Miljoenennota 2022 en dus ook het Belastingplan 2022. Van de langverwachte introductie van de thuiswerkvergoeding en de STAP-regeling tot de verlaging van de vrije ruimte van de werkkostenregeling: voor werkgevers brengt het Belastingplan 2022 diverse wijzigingen en gevolgen met zich mee. 

De wijzigingen en gevolgen voor werkgevers zijn in zes onderwerpen benoemd. Hieronder lees je per onderwerp wat er gaan veranderen en waar je als werkgever op moet letten: 


Vanwege de coronacrisis werd in 2020 en 2021 de vrije ruimte van de werkkostenregeling verhoogd naar 3% over de eerste € 400.000 van de fiscale loonsom. Voor 2022 is het normale tarief van 1,7% weer van toepassing over de eerste € 400.000.

In 2022 is het nog steeds mogelijk om een verlaging van het gebruikelijk loon toe te passen voor dga’s van innovatieve start-ups. Dit zorgt ervoor dat de liquiditeitspositie wordt verbeterd.

Deze regeling zou oorspronkelijk per 1 januari 2022 vervallen, maar deze einddatum wordt met één jaar verschoven, omdat de evaluatie van de maatregel nog niet is afgerond. Het is ook zomaar mogelijk dat dit een permanente regeling gaat worden als de regeling positief wordt geëvalueerd.

Door de coronacrisis is thuiswerken veel gangbaarder  geworden. Werkgevers willen graag een vergoeding geven aan medewerkers voor de extra kosten die worden gemaakt door thuis te werken. Het Nibud had eerder al berekend dat de extra kosten van het thuiswerken € 2 per dag bedragen. De kosten die het Nibud heeft  meegenomen, zijn voor extra water- en elektriciteitsverbruik, verwarming, koffie, thee en toiletpapier. Het kabinet neemt dit bedrag over en stelt € 2 per thuisgewerkte dag of dagdeel gericht vrij.

Je kunt als werkgever voor een werkdag óf een reiskostenvergoeding geven óf een
thuiswerkkostenvergoeding, maar niet beide. Je hebt in deze situatie de keuze welke vergoeding je wilt toepassen. Wanneer de medewerker tijdens een thuiswerkdag naar een zakelijke afspraak gaat die niet op de werkplek is, kan voor deze reis wel een reiskostenvergoeding worden gegeven zonder dat dit gevolgen heeft voor de thuiswerkkostenvergoeding.

Let op: Heeft je medewerker een auto van de zaak, een ov-kaart of een fiets van de zaak? Dan kan de
thuiswerkkostenvergoeding alleen worden toegepast als op die dag geen gebruik wordt gemaakt van de auto, het ov of de fiets om naar de vaste werkplek te reizen.

Het kabinet verwacht dat je als werkgever afspraken maakt met je medewerker over het aantal dagen dat wordt thuisgewerkt. Op grond hiervan kun je een vaste reiskostenvergoeding voor woonwerkverkeer en een vaste thuiswerkkostenvergoeding geven. Dit betekent dat je geen administratie hoeft bij te houden van de reisdagen en de thuiswerkdagen. Een incidentele wijziging in het patroon leidt dan niet tot aanpassing in de vaste vergoedingen. Uiteraard moet je wel een aanpassing maken in de vaste vergoedingen bij meer structurele wijzigingen.

Bij gebruik van deze regeling moet (vormvrij) schriftelijk worden vastgelegd voor welke dagen of hoeveel dagen de desbetreffende vergoeding wordt gegeven.

Toegestane praktische uitvoering

Voor de reiskostenvergoeding kun je op dit moment een vaste reiskostenvergoeding per maand geven wanneer je medewerker minstens 128 dagen per kalenderjaar naar een vaste werkplek reist. De vergoeding wordt gebaseerd op 214 werkdagen per jaar. Voor de thuiswerkkostenvergoeding wordt uitgegaan van eenzelfde methodiek. Voor beide vergoedingen (reiskosten en thuiswerken) geldt dat je als werkgever samen met je medewerker met schriftelijke afspraken aannemelijk kunt maken dat bijvoorbeeld één dag wordt thuisgewerkt en vier dagen op de werkplek. Wanneer niet
alle dagen wordt gewerkt, moet de maximale vergoeding naar rato berekend worden.

Let op: krijgt je medewerker momenteel een reiskostenvergoeding, maar werkt hij of zij ook thuis? Dan moet je actie ondernemen voor 1 januari 2022!

Het wordt aantrekkelijker om medewerkers in  aandelenopties uit te betalen. Hierdoor kunnen bijvoorbeeld start-ups en scale-ups gemakkelijker talent aantrekken. Ook stimuleert het de ontwikkeling van nieuwe bedrijven in Nederland.

Momenteel betaalt de werknemer belasting over aandelenopties zodra het verkregen optierecht wordt omgezet in aandelen. Vaak heeft de medewerker op dat moment niet voldoende financiële middelen om de belastingheffing te voldoen, omdat er nog geen mogelijkheid bestaat om de aandelen te verkopen. Daarnaast heeft het bedrijf misschien de financiële middelen niet om de aandelenoptie in geld uit te keren. Daarom wordt het nu mogelijk het heffingsmoment uit te stellen naar het moment dat de aandelen verhandelbaar worden. Zo kan de belasting worden betaald uit
(een deel van) de opbrengst van de verkochte aandelen.

De medewerker moet uiterlijk op het moment van uitoefening van het optierecht schriftelijk aan de
werkgever de keuze van het moment van belastingheffing doorgeven:

  • op het moment waarop de aandelen verhandelbaar zijn en er daardoor wel geld beschikbaar
    is, of:
  • op het moment dat de opties worden omgezet in aandelen (huidige regeling).

In het geval dat de medewerker contractueel de verkregen aandelen nog niet mag verkopen, wordt het heffingsmoment tot maximaal 5 jaar na beursgang uitgesteld. Als de onderneming bij uitoefening van het aandelenoptierecht al beursgenoteerd was, wordt de belastingheffing tot maximaal 5 jaar uitgesteld na uitoefening van het aandelenoptierecht. Na afloop van deze termijn worden de aandelen geacht verhandelbaar te zijn en worden de aandelenoptierechten belast tegen
de waarde in het economisch verkeer op dat moment. Ook dividenden die tot dit moment worden uitgekeerd, worden als belast loon in de heffing betrokken.

Voor niet-beursgenoteerde bedrijven is een mogelijkheid opgenomen dat nadere regelgeving wordt ingevoerd. Voor aandelenoptierechten die voor 1 januari 2022 in de belastingheffing zijn betrokken, gelden deze wijzigingen niet.

Per 1 januari 2022 treedt de subsidieregeling Stimulans Arbeidsmarkt Positie (STAP-budget) in werking. Dan wordt ook de huidige fiscale aftrek van scholingsuitgaven afgeschaft. Deze aftrek was vooral gunstig voor belastingplichtigen met een hoog inkomen. Belastingplichtigen met een lager inkomen profiteerden hier minder van. Kosten voor scholing komen met ingang van 1 januari 2022 niet meer in aftrek in de aangifte inkomstenbelasting 2022. In plaats daarvan kan gebruik worden gemaakt van de nieuwe subsidieregeling. Werkenden en niet-werkenden kunnen maximaal € 1.000 (inclusief btw) budget aanvragen voor een scholingsactiviteit. Het budget kan een aanvulling zijn op
andere tegemoetkomingen van bijvoorbeeld de  werkgever, de gemeente of het UWV.

Buitenlands belastingplichtigen met een partner komen in aanmerking voor de inkomensafhankelijke
combinatiekorting (IACK), terwijl dat niet altijd de bedoeling is. Het gaat bijvoorbeeld om mensen
die in Nederland werken, maar in het buitenland wonen met een niet-werkende echtgenoot en een
kind onder de 12 jaar. Het kabinet wil de IACK-toekenning bij buitenlandse belastingplichtigen per 1
januari 2022 wijzigen door de uitzondering op het begrip fiscaal partner niet te laten gelden voor de
IACK.

De plannen van het kabinet

Bovenstaande plannen zijn afkomstig uit de Miljoenennota 2022 en het Belastingplan 2022. Naast voorstellen waar je als werkgever mee te maken kunt krijgen, zijn er ook voorstellen gedaan op het gebied van verduurzaming, tarieven, internationaal, de woningmarkt, ondernemingen en overige, eerder aangekondigde en te verwachten, voorstellen. In onze Special Miljoenennota lees je meer over de plannen van het kabinet die de komende periode in het parlement worden behandel. De voorstelde maatregelen treden per 1 januari 2022 in werking, tenzij anders is vermeld.

Meer informatie

Wil je meer weten over de onderwerpen die aan bod komen in onze Special Miljoenennota 2022 en wat deze voor jouw zouden kunnen betekenen? Onze adviseurs zijn telefonisch (0316 740 115) of per mail bereikbaar voor al je vragen.

 

 

DISCLAIMER
In dit nieuwsbericht verstrekt SKN algemene informatie gebaseerd op de ons thans bekende informatie en de thans geldende wet- en regelgeving. Voor zover dit nieuwsbericht juridische informatie verstrekt, beoogt SKN niet om juridisch advies te verlenen voor jouw concrete situatie. De inhoud van dit nieuwsbericht is door SKN met zorg samengesteld mede op basis van door derden verstrekte informatie. SKN aanvaardt geen aansprakelijkheid voor eventuele onjuistheid of onvolledigheid van de verstrekte informatie, daar iedere situatie uniek is.


 

 

 

 


Delen via Social Media